Van stropers naar gorillabeschermers dankzij landbouwsters

Van stropers naar gorillabeschermers dankzij landbouwsters

Diep in de weelderige plantengroei van Bwindi Impenetrable National Park, in Oeganda, ligt een dorp verscholen: Mpungu. De pracht van de wilde natuur gaf het dorp naamsbekendheid tot ver over de landsgrenzen heen. Het is bovendien een paradijs voor vogelspotters, én het huisvest een grote populatie berggorilla's. Helaas staat Mpungu ook bekend om een minder positieve reden: stroperij. Met de steun van International Gorilla Conservation Programme (IGCP) nam een groep landbouwsters het heft in eigen handen. Doel? De reputatie van het dorp herstellen door stroperij actief tegen te gaan onder de dorpsbewoners.

Over een kwalijke reputatie gesproken: Mpungu staat bekend als een van de gevaarlijkste bolwerken voor stroperij in heel Oeganda. Stropers deinzen er niet voor terug om de strengst beschermde gebieden van het park te betreden. Met honden en strikken vangen ze wilde dieren om hun vlees te verkopen op de illegale markt. Stropers hebben het niet altijd rechtstreeks gemunt op gorilla's, maar hun strikken kunnen de apen dodelijk verwonden. Bovendien kunnen mensen die het park illegaal – en dus zonder voorzorgsmaatregelen – betreden, gorilla's ziek maken. We delen 98,3% van ons DNA met de gorilla: daardoor zijn deze dieren bijzonder vatbaar voor onze ziektes. Wist je dat een onschuldige verkoudheid hun fataal kan worden?

De parkautoriteiten deelden verschillende waarschuwingen uit en arresteerden wetsovertreders. Toch nam stroperij de afgelopen jaren toe rond het park. Daarom besloot een groep vrouwen onlangs om zelf in actie te komen. Over wie we het hebben? Vooral over moeders, dochters en echtgenoten van stropers. Ze zijn vastberaden om het verhaal van Mpungu te herschrijven, zowel voor de dorpsbewonersals voor de berggorilla's die in het park leven.

We delen 98,3% van ons DNA met de gorilla: daardoor zijn deze dieren bijzonder vatbaar voor onze ziektes.


WWF-België werkt sinds 2019 samen met IGCP om gorilla's te beschermen. En intussen heeft IGCP 26 inwoonsters van Mpungu en omstreken opgeleid tot echte ambassadrices voor de bescherming van gorilla's en de andere dieren van het park. Na de opleiding sensibiliseren de vrouwen hun gemeenschap om stroperij een halt toe te roepen. Met succes: ze hebben al zo'n veertig stropers omgevormd tot gorillabeschermers. Eerst gaan ze in gesprek met de mensen die het dichtst bij hen staan: 'Voor ons sensibiliseringsprogramma gaan we van deur tot deur. We vertellen over de gevaren van stroperij en de voordelen van natuurbehoud voor de gemeenschappen die rond het park wonen', vertelt Vastina Kyampeire, voorzitster van de groep. Tijdens zo'n bezoeken erkennen stropers hun daden. Soms verwijzen ze de activisten zelfs door naar andere stropers: zo hebben hun bewustmakingsactiviteiten nog meer impact.

'We hebben een nieuwe manier gevonden om geld te verdienen. En we hoeven er helemaal niet voor in het park te komen. We leerden ook dat we enkel voordeel kunnen halen uit toerisme als we de strijd aanbinden tegen stroperij.'


De landbouwsters van Mpungu kregen van IGCP ook steun om te investeren in ajuinenteelt. Dankzij dat project daalde het aantal mens-dierconflicten. Hoezo? Gorilla's komen af op het fruit en de groenten die de gemeenschappen traditioneel telen, maar ajuinen spreken hen helemaal niet aan. De opbrengsten van de ajuinenteelt brachten ook een gedragsverandering teweeg. 'We hebben een nieuwe manier gevonden om geld te verdienen. En we hoeven er helemaal niet voor in het park te komen. We leerden ook dat we enkel voordeel kunnen halen uit toerisme als we de strijd aanbinden tegen stroperij', zegt Jane Tugumisirize, die getrouwd is met een voormalige stroper.

Après une récolte d'oignons exceptionnelle, les femmes de Buremba ont trouvé un meilleur moyen de gagner leur vie sans empiéter sur le parc.
Na een grote uienoogst vonden de vrouwen van Buremba een betere manier om geld te verdienen zonder inbreuk te maken op het park.


De vrouwen oogstten ruim 45 zakken ajuinen – goed voor 4.500 kg – die ze aan 68 dollar per zak verkochten. Vastina Kyampeire legt uit dat ze zo'n 1.222 dollar winst maakten: 'Onze echtgenoten stopten met stropen nadat ze de fondsen van IGCP kregen. De overvloedige oogst heeft hen echt finaal overtuigd. Ze beseffen nu dat bushmeat geen duurzame inkomstenbron is', voegt ze toe.

Dit verhaal bewijst hoe belangrijk het is om lokale gemeenschappen te betrekken bij natuurbehoudd. 'De vrouwen die rond Bwindi Impenetrable National Park wonen, werden veel te lang uitgesloten van natuurbehoudsinspanningen. Met alle negatieve gevolgen van dien ... Nu werken ze mee aan de planning en uitvoering van zo'n initiatieven. En dat levert op. Samen gaan we stroperij tegen en verminderen we het aantal mens-dierconflicten', zegt Henry Mutabaazi, IGCP-coördinator in Oeganda. We moeten absoluut verdergaan op dit elan – de samenwerking boost de lokale bescherming van berggorilla's.

Dankzij jullie giften kunnen we dit soort initiatieven ondersteunen, en groeien lokale gemeenschappen uit tot onze beste bondgenoten in de strijd tegen gorillastroperij.

Wil jij je steentje bijdragen aan het project? Dat kan! Adopteer symbolisch een gorilla* en maak écht impact op onze projecten op het terrein.