Blijft natuurcriminaliteit onder de radar in Europa?

Blijft natuurcriminaliteit onder de radar in Europa?

Natuurcriminaliteit heeft een ernstige impact op inheemse soorten, economische ontwikkeling en veiligheid. Nochtans blijven veel gevallen ongestraft en zelfs onopgemerkt. Dat staat in een nieuw rapport van SWiPE, een LIFE-project, dat een duidelijk beeld schetst van de huidige situatie. 

In het rapport analyseren onderzoekers informatie van 87 instituten uit 11 Europese landen. Ze benadrukken dat er veel te weinig controle is op natuurcriminaliteit. In de conclusie van het onderzoek 'Uncovering the Invisible: Successes and Challenges for Wildlife Crime Prosecution in Europe' stelt de onderzoeksgroep een schrijnend gebrek aan controle aan de kaak. Gevolg: dit soort misdaden blijft ongestoord onder de radar.  

Wat verstaan we onder natuurcriminaliteit? 

In Europa zijn de meeste gevallen gelinkt aan illegale jacht op wilde dieren (27%), gebruik van vergiftigd lokaas (16%), gebruik van verboden jachtmethoden en -materialen (14%), en illegale handel in wilde dieren (13%).

Momenteel is er te weinig monitoring en politieke aandacht om dit fenomeen te stoppen.  

Geen enkele diersoort blijft gespaard van deze tragedie. In het rapport lees je enkele treffende voorbeelden. Het boegbeeld, en vooral de meest geviseerde soort van Europese natuurcriminaliteit volgens het rapport, is de distelvink – een delicatesse in Italië, het doelwit van stroperijtoerisme in Servië, als huisdier gevangen in Spanje en illegaal verhandeld naar het Midden-Oosten vanuit Oekraïne.  

Ook bedreigde roofvogelsoorten en grote carnivoren, zoals beren, wolven en lynxen, vallen vaak ten prooi aan deze illegale activiteiten. 

Eurasian Lynx

Wilde dieren niet vermist, criminelen niet vervolgd 

‘Het grootste probleem is dat wilde dieren geen aangifte kunnen doen of als vermist worden opgegeven. Daardoor blijven de meeste misdaden onopgemerkt, en zijn de autoriteiten niet op de hoogte’, zegt Roselina Stoeva, projectmanager van LIFE SWiPE, WWF-Bulgarije.  

Volgens het rapport leidt 60% van de meldingen van natuurcriminaliteit bij het openbaar ministerie, niet tot gerechtelijke stappen. 

Hoe kunnen we het beter doen? 

Het rapport benadrukt enkele maatregelen die al geholpen hebben om natuurcriminaliteit beter op te sporen en te onderzoeken. Denk maar aan gespecialiseerde politie-eenheden inzetten, technologieën zoals drones en gps’en gebruiken om bedreigde soorten te volgen, en speurhonden opleiden om vergiftigd lokaas op te sporen. 

De lijst met aanbevelingen gaat verder: om het beter te doen is er nood aan een centrale databank voor natuurcriminaliteit, extra financiële middelen, een verbeterde samenwerking tussen Europese landen, uitgebreide opleidingsmogelijkheden en specialisatie in relevante sectoren, en ten slotte is het noodzakelijk dat de juridische achterpoortjes sluiten die de aankoop van illegaal jachtmateriaal mogelijk maken. 

Natuurcriminaliteit staat in de top 10 van prioriteiten om georganiseerde misdaad te bestrijden, zoals vastgesteld door de Europese Raad. De herziening van de EU Environmental Crime Directive, dat nu op de onderhandelingstafel ligt, biedt een belangrijke kans om deze bedreiging voor de biodiversiteit een halt toe te roepen.  

Lees hier het volledige rapport