Met grote droefheid hoorden we van de dood van meer dan 350 olifanten in de Okavango Delta, in het noorden van Botswana. De beelden van de dode dieren zijn extreem hard. Deze sterfgevallen zijn een tragedie voor natuurbehoud in Afrika.

De oorsprong van de dood van de olifanten is nog niet duidelijk. De slagtanden zijn niet verwijderd, stroperij is bijna uitgesloten. Een andere hypothese is vergiftiging. Maar cyanide leidt vaak tot de dood van aaseters die zich voeden met karkassen. In dit geval zijn er geen gevallen gemeld. Ook de anthrax piste, die in het verleden olifanten en andere dieren in het wild heeft gedood, is al door de lokale autoriteiten afgewezen.

Er worden toxicologische analyses uitgevoerd. Er zijn monsters gestuurd naar drie laboratoria in Canada, Zuid-Afrika en Zimbabwe. De regering van Botswana zal de resultaten naar verwachting in juli bekendmaken.

WWF is actief in het Kavango-Zambezi-gebied (KAZA) dat Botswana en vier andere landen in zuidelijk Afrika omvat. Noord-Botswana is de thuisbasis van de grootste KAZA-olifantenpopulatie van 126.000, en de olifanten in de regio vormen een ongelooflijk belangrijk onderdeel van het beschermde erfgoed van het Afrikaanse continent. De Afrikaanse olifant speelt ook een grote rol in het ecosysteem. Het dier is een verspreider van mest en zaden in tropische bossen. Zonder dit zijn de bossen minder veerkrachtig. De Afrikaanse olifant is echter erg kwetsbaar. Hun poulatie is in 40 jaar met 70% afgenomen. Elk jaar worden 20.000 olifanten gedood om de illegale ivoorhandel aan te wakkeren. Andere bedreigingen wegen op hem, zoals droogte en de vernietiging van hun leefgebied.