Ecologische connectiviteit verbeteren om de otter in België te redden

Ecologische connectiviteit verbeteren om de otter in België te redden

De otter werkt aan een voorzichtige comeback in België. Als we een levensvatbare otterpopulatie willen op lange termijn, moeten onze otters in contact kunnen komen met andere populaties. Aan de andere kant van de grens, bijvoorbeeld in Nederland, waar de soort het goed doet. Een Europees project wil ecologische corridors herstellen en aanleggen en zo de connectiviteit tussen de twee landen verbeteren. En die acties komen zowel de natuur als de mens ten goede!

Ecologische connectiviteit: klinkt ingewikkeld, he? Geen zorgen, eigenlijk is het vrij eenvoudig. De term verwijst naar de essentiële behoefte van alle levende wezens, zowel op het land als in het water, om zich vrij te kunnen bewegen in hun omgeving. Om er te rusten, zich te voeden of zich voort te planten.

We maken het wat concreter met een voorbeeldje: de otter in België. Na tientallen jaren afwezigheid is de otter sinds 2012 stilletjes teruggekeerd vanuit Duitsland en Nederland. Maar België is een dichtbebouwd land. Daardoor is het voor otters moeilijk en gevaarlijk om zich te verplaatsen. Als we nu niet ingrijpen, bestaat er een reële kans dat de soort opnieuw aan een tragisch einde komt bij ons.

Dat is wat ‘Otter over de Grens’, een project dat Interreg (een EU-programma dat internationale samenwerking aanmoedigt) en 16 partners in Vlaanderen en Nederland (waaronder WWF) financieren, absoluut wil vermijden. De oplossing? Belangrijke natuurlijke habitats in beide landen met elkaar verbinden. Dat klinkt misschien eenvoudig, maar houdt heel wat uitdagingen in.

Habitat, matrix en ecologische corridor: drie delen van het landschap

Enkele otters vestigden zich in kleine oases van rust in de buurt van Belgische rivieren. Ze blijven daar omdat ze er voldoende voedsel, rust en goede schuilplaatsen vinden. Die plekken noemen we hun habitat. En dat is op zich al uitstekend nieuws.

Maar de weg naar België heeft hun ongetwijfeld veel moeite gekost. Want van Nederland naar België komen is voor de diertjes net een hindernissenparcours: ze moeten tal van obstakels overwinnen, zoals wegen, steden, dammen, industriegebieden en velden. Die zones tussen leefgebieden noemen we matrixen. En bij ons zijn er veel, omdat de otterhabitats gefragmenteerd zijn: ze zijn van elkaar gescheiden of onderbroken.

Om soorten te beschermen, moeten we matrixen minder gevaarlijk maken. Hoe? Door een ecologische corridor te creëren of te herstellen. Ecologische corridors zijn zones met een betere ecologische kwaliteit die, wanneer ze met elkaar verbonden zijn, een aantrekkelijkere doorgang vormen. Die kunnen dieren dan gebruiken om zich veilig tussen twee habitats te verplaatsen, maar ook om te eten en te rusten.

Als habitats met elkaar verbonden zijn door functionele ecologische corridors, is er sprake van een goede ecologische connectiviteit. Dat is waar we voor de otter naar streven.

Corridors creëren voor de otter

Om de ecologische connectiviteit tussen België en Nederland te herstellen en zo de otter alle overlevingskansen te geven, moeten we een hele reeks acties ondernemen. En daarbij laten we niets aan het toeval over.

Het INBO (Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek) is een van de belangrijkste partners in dit ambitieuze project en voerde diepgaande studies uit om potentiële corridors te identificeren. ‘We kruipen als het ware in de huid van de otter wanneer we deze wiskundige modellen maken. We gebruiken betrouwbare observaties om de veiligste weg tussen twee habitats te vinden’, vertelt Corentin Rousseau, bioloog en projectleider bij WWF-België. ‘Zo kunnen we ons focussen op het herstel van gebieden die volgens ons het meest geschikt zijn.’

Uit het onderzoek kwamen twee belangrijke ecologische corridors naar voren. De eerste ligt in het oosten, en verbindt Nationaal Park De Biesbosch met GrensPark Kempen-Broek en Rivierpark Maasvallei. De andere ligt in het westen, en verbindt Nationaal Park De Biesbosch met Nationaal Park Scheldevallei. In totaal moet er 160 kilometer aan corridors hersteld of verbeterd worden. ‘Het zal geen perfecte corridor zijn, maar onze acties gaan de situatie enorm verbeteren’, zegt Céline De Caluwé, bio-ingenieur en verantwoordelijke voor het project bij WWF-België

Wat gaan we precies doen? Oevervegetatie herstellen, doorgangen onder wegen creëren (ook gekend als looprichels), het visbestand vergroten in rivieren, nieuwe drinkplaatsen creëren, meer ruimte creëren en oude dammen verwijderen zodat otters zich makkelijker kunnen verplaatsen.

Wat ecologische connectiviteit precies inhoudt, hangt natuurlijk af van soort tot soort. Wolven en otters hebben bijvoorbeeld erg verschillende noden! Maar dit soort acties bieden veel meer voordelen dan het behoud van de doelsoort. Door twee habitats met elkaar te verbinden, creëren we een gevarieerder ecologisch netwerk dat voordelen biedt voor vele andere dier- en plantensoorten in het ecosysteem. ‘En wat een ecologische corridor is voor een soort als de otter, kan de belangrijkste habitat worden voor andere, kleinere soorten’, voegt Corentin Rousseau toe. Tot slot helpen deze corridors ook om ecosysteemdiensten te verbeteren, zoals de waterkwaliteit en de regulering van overstromingen.

Drie jaar, twee corridors, en heel veel onderzoek

Natuurbehoud vergt heel wat geduld op lange termijn. Over drie jaar zouden de twee corridors functioneler moeten zijn voor veel soorten. ‘Maar we kunnen niet precies voorspellen hoeveel otters voordeel gaan halen uit onze acties. Om dat te controleren, voeren we nu milieu-DNA-analyses (eDNA) uit, in jaar 0 (2024, dus). Die baseline vergelijken dan met de resultaten van toekomstige jaren. Dat geeft ons een idee van waar er otters zijn en hoe ze zich verplaatsen. Bovendien geeft de analyse van ‘spraints’, of otteruitwerpselen, ons informatie over de genetische diversiteit die in de loop van de tijd ontstaat dankzij dit grensoverschrijdende project’, besluit Céline De Caluwé.