Boliviaanse bosbewakers boosten hun duurzame productie

Boliviaanse bosbewakers boosten hun duurzame productie

Je opbrengsten verhogen dankzij duurzaam bosbeheer – kan dat? Ja hoor. Dat bewijzen inheemse volkeren in het droge woud van Chiquitanía in Bolivia. Met de hulp van WWF verrezen ze uit de assen van de bosbranden van 2019 en zetten ze hun duurzame productie kracht bij.

Wij, Chiquitanos, hebben altijd al voor het bos gezorgd. We willen de natuur waarmee we opgroeiden – de natuur van onze voorouders – blijven beschermen’, getuigt een inwoonster van Santa Mónica, in het oosten van Bolivia. De inheemse volkeren van Chiquitanía maken van oudsher duurzaam gebruik van de middelen die het bos biedt. Dan gaat het niet enkel over hout, maar ook over vruchten en oliën die de bomen voortbrengen.

Natuurlijke oliën emanciperen vrouwen

Mijn grootouders hadden geen medicijnen – ze gebruikten wat ze in het bos vonden om sneller te genezen. Oliën, bijvoorbeeld’, zegt Ignacia Supepí (zie foto). Ook nu gebruiken Chiquitanos de oliën van cusi- en copaibabomen (Attalea speciosa en Copaifera langsdorffii) tegen koorts, haarverlies, buikpijn, hoest en meer. Voor hun productie hangen de vrouwen af van het bos. Ze gaan dus zo duurzaam mogelijk te werk. In plaats van de boom om te hakken, boren ze een gaatje in de stam en plaatsen ze er een buisje in om olie te verzamelen.

Vrouwen uit de gemeenschappen vormden verenigingen om de olie te oogsten en te verkopen, en emancipeerden zichzelf op die manier. ‘Vroeger hielden ze niet echt rekening met ons, vrouwen. Daar wou ik verandering in brengen. Dankzij het bos is dat gelukt. Nu zorgen wij mee voor economische groei. We geven ook een percentage van onze opbrengst aan de gemeenschap’, getuigt Ignacia.

Ignacia Supepí woont in Río Blanco en was er voorzitster van de Asociación de Mujeres Productoras.

WWF steunde hun projecten van bij de start. Dankzij contacten met de privésector leerden de vrouwen hun olie verwerken tot cosmetische producten zoals zalf en shampoo. Zo konden ze hun productie opschalen en het proces professionaliseren: eerst werkten ze in een schoolgebouw, WWF hielp hen met hun eigen laboratorium en rustte dat uit met zonnepanelen.

Veerkracht ondanks bosbranden

In 2019 woedden er verwoestende branden in Zuid-Amerika. Ook in Chiquitanía. Daar verteerden de vlammen maar liefst twee miljoen hectare tropisch droog woud. Bijna zes miljoen zoogdieren lieten het leven. De lokale gemeenschappen die afhangen van het bos, zagen de natuur rondom hen – en dus hun inkomsten – verassen. Helaas overleefden niet alle copaibabomen de bosbranden. ‘Dat was heel pijnlijk om te zien’, herinnert Ignacia zich. Maar ze bleven niet bij de pakken zitten. ‘Nu werken we aan de oplossing: met de hulp van WWF legden we een boomkwekerij aan. De verbrandde gebieden herbebossen? Dat is onze droom.

Duurzame houtoogst met bosbeheerplannen en certificaten

Behalve oliën en vruchten levert het bos ook hout op. Daar maken de Chiquitanos duurzaam gebruik van: ‘Hout is een belangrijke bron van inkomsten voor onze gemeenschap. Dankzij ons doordachte, gestructureerde beheerplan zorgen we dat die inkomstenbron niet opdroogt. Dat we ook na afloop van het plan, over twintig jaar, nog hout hebben. Zo beschermen we onze bossen’, vertelt Mauricio Tomichá van Palmarito de la Frontera.

Mauricio Tomichá is de wettelijke vertegenwoordiger van de Community Forestry Organization van Palmarito de la Frontera. Die organisatie staat in voor het duurzame beheer van 9.600 hectare bos.

Alle gemeenschappen die met hout werken, moeten hun bosbeheerplannen ook laten certificeren. Dat proces mondt uit in een rood, geel of groen bosbeheercertificaat. Drie jaar heeft het gekost, maar Palmarito de la Frontera was de eerste gemeenschap van Chiquitanía die het groene bosbeheercertificaat kreeg. Daarvoor kon Palmarito rekenen op de hulp van WWF. ‘Daar zijn we erg dankbaar voor. We moesten de nodige papieren en bewijzen verzamelen, en de fouten van de vorige bosbeheerders rechtzetten. WWF hielp ons daarmee, en maakte ons wegwijs in het systeem’, zegt Mauricio.

Grotere afzetmarkt, betere leefomstandigheden

Dat certificaat is een essentieel wapen in de strijd tegen illegale houtkap en -handel. Maria del Carmen Carreras werkt voor WWF in Bolivia en vertelt: ‘We leggen de gemeenschappen uit welke gevolgen illegale houtkap en -handel hebben. Zo groeien ze uit tot echte boshoeders die hun gebied beschermen.’

Voor Palmarito de la Frontera opent het certificaat ook de deuren naar internationale markten, waar bosbeheerders hun duurzame hout tegen eerlijke prijzen kunnen verkopen. Met de inkomsten van de duurzame houtverkoop wil Palmarito de leefomstandigheden van de gemeenschap verbeteren, bijvoorbeeld met de gezamenlijke aankoop van een tractor. Daarnaast investeren ze in sport, onderwijs en gezondheid. Dankzij het certificaat kwamen de inwoners ook nieuwe opportuniteiten op het spoor. ‘De volgende stap is ontdekken hoe we onze winsten kunnen verhogen door het hout te verwerken’, zegt Mauricio enthousiast. ‘We willen graag een houtzagerij bouwen, zodat we planken kunnen maken. Die brengen meer op dan onbewerkt hout!

De bossen van Palmarito de la Frontera

Samenwerken met lokale gemeenschappen

Doorheen de jaren hebben we geleerd dat natuurbehoudsprogramma’s enkel succesvol kunnen zijn als ze ook door de lokale en inheemse bevolking gedragen worden. Door lokale kennis te gebruiken en inzicht te krijgen in de relatie van de gemeenschappen met de natuur, komen we tot duurzaam natuurbeheer. Daarnaast ondersteunen we de lokale bevolking, zodat die in haar levensstandaard kan voorzien op een manier die goed is voor hen én voor de natuur.