Christiane Linet: een leven voor de natuur

Christiane Linet: een leven voor de natuur

Vorig jaar mocht WWF-België 50 kaarsjes uitblazen. Van die gelegenheid willen we gebruik maken om de mede-oprichtster van onze afdeling, Christiane Linet, te bedanken voor al die jaren dat ze zich al inzet voor de natuur. Door de jaren heen heeft ze WWF-België zien uitgroeien tot een van de belangrijkste natuurbehoudsorganisaties in ons land. Hier leest u het verslag van een gesprek met Christiane waarin ze vertelt hoe ze die 50 jaar heeft beleefd, wat haar is bijgebleven en hoe ze de toekomst inschat.

Geboren voor de natuur

Het begon destijds allemaal heel klein. Mede-oprichtster Christiane Linet, die nu trouwens nog altijd actief is bij WWF-België, was al van kinds af aan gefascineerd door de natuur.

De mooiste herinnering uit mijn kindertijd zijn de bloeiende kersenbomen en de bloemen die ik vanuit mijn kamer kon zien.
Tijdens haar universitaire studies ontmoette Christiane professor Jean-Paul Harroy, die lid was van WWF-International. Hij en Christianes neef Jacques Verschueren, directeur van de nationale parken in Congo, inspireerden haar uiteindelijk om haar leven te wijden aan natuurbehoud. Als jonge vrouw besliste Christiane om als vrijwilliger aan de slag te gaan voor WWF en zich te engageren voor natuurbehoud.

Mijn eerste bureautje was in een stoffige kelder onder de grote zaal met iguanodons in het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen in Brussel. Dat bleef trouwens ook ongeveer 12 jaar lang het kantoor van WWF-België. Van daaruit maakte ik de eerste Pandamagazines. Geen sinecure, want alles moest nog met de hand gebeuren. Ik moest leren typen met een schrijfmachine, zelf alles drukken en in enveloppes opsturen naar onze leden. Dat vergde enorm veel tijd.

Maar als eerste en toen nog enige werknemer moest ze veel meer doen dan enkel dat. Ze beantwoordde telefoons, gaf lezingen en trok door heel België om mensen te overtuigen om lid te worden.

Het toenmalige World Wildlife Fund bestond nog maar een aantal jaren en wilde in zoveel mogelijk landen voet aan de grond krijgen.. WWF-International wilde graag een persoon met aanzien aan het hoofd van de Belgische afdeling. Daarom werd prins Antoine de Ligne aangesteld als eerste voorzitter.

Hij was een geweldige voorzitter. Hij kwam wekelijks een paar keer naar het kantoor. Zelfs toen we al met meer dan 10 werknemers waren, kwam hij iedereen groeten en de hand schudden. Een heel barmhartige man!

In overleg met WWF-International werd er al snel een groep met grote donoren opgericht om onze organisatie te steunen, de ‘1001-Club’. Dankzij hen groeide het budget aanzienlijk en konden de eerste projecten uitgewerkt worden. Christiane werd later ook lid van die club.

De eerste projecten krijgen vorm

WWF-België debuteerde in eigen land met een project om ooievaars en ganzen te herintroduceren in het Zwin en de polder van Damme. In Wallonië werd een project op poten gezet om otters een veilig onderkomen te geven. Maar de bal ging pas echt aan het rollen in de jaren 1970. Het ledental, en dus het budget, groeide stelselmatig en de eerste medewerkers werden aangenomen: Roger Dejonghe en Jacky Carlier.

Met Jacky kan ik het nog steeds erg goed vinden. We zien elkaar nog regelmatig. Ik heb veel aan haar gehad. Ze sprak namelijk perfect Engels en dat hielp ons enorm bij de communicatie met WWF-International.

Onze afdeling werd ook al snel actief in het buitenland, meer bepaald in de Democratische Republiek Congo (DRC). Omdat het land een erg rijke biodiversiteit heeft, zijn we er de afgelopen 50 jaar voortdurend actief gebleven. Ook nu nog lopen er vijf projecten van WWF-België in de DRC. En volgens Christiane is het ontzettend belangrijk dat we er actief blijven.

Jaren geleden ging ik voor het eerst naar Virunga, een toen nog ongerept stukje natuur in Oost-Congo. In Ishango leefden er toen nog zo’n 30 000 nijlpaarden. Je kon ze overal zien in de kleurrijke weides van het park. We hadden ze zelfs kunnen aanraken als we durfden! Maar toen ik voor het laatst naar Virunga reisde, zag ik er nog amper. De dieren hebben steeds meer te lijden onder menselijke druk. Dat toont aan dat we ons werk in Congo moeten volhouden.

De wereld rond

WWF-België beperkte zich niet tot het binnenland en de DRC. Christiane reisde de hele wereld af om talloze projecten te steunen en te bezoeken. Van het Virungapark over het Kyrgizische hooggebergte tot op de Galapagoseilanden, waar ze de oprichting van een park ondersteunde.

Ik ging voor het eerst naar Galapagos in 1972. Er was toen nog niets. Geen hotels, geen auto’s, geen wegen, niets. Enkel de natuur. De tocht ernaartoe was lang en vermoeiend. Uiteindelijk zette de boot mij, mijn man en de rest van het team af op een onbewoond eiland. Ik moest er de nesten van blauwvoetgenten tellen. Maar eigenlijk hebben we er ons nooit echt op ons gemak gevoeld. We waren dus blij als we na vijf dagen opnieuw de boot op mochten en naar de bewoonde wereld konden terugkeren.

Toch is ze blij met de ervaring. Volgens Christiane is het belangrijk dat de werknemers van WWF zelf ook op het terrein gaan want pas dan kan je de problemen van de natuur en de bevolking echt begrijpen.

Ik probeerde zoveel mogelijk projecten te bezoeken. Bovendien begeleidde ik onze leden soms ook tijdens reizen op het terrein, bijvoorbeeld in Coto Doñana, de Galapagoseilanden en Alaska.

Beloonde inspanningen

Dankzij haar harde werk en inzet voor de natuur kon Christiane een aantal belangrijke titels op haar naam schrijven. Zo werd ze in 1975 verheven tot Ridder in de Orde van de Gouden Ark door prins Bernhard van Nederland. In 1992 werd ze aangesteld als voorzitter van WWF-België en in 1998 werd ze onverwachts Erelid van WWF-International.

In totaal hadden er 70 mensen voor mij die eer gekregen, waaronder de beroemde bioloog Bernhard Grzimek, koning Harald van Noorwegen en astronaut Neil Armstrong. ‘Waaraan heb ik die eer verdiend?’, vroeg ik me af. Maar achteraf besefte ik dat het geen erkenning was van een grote verwezenlijking maar wel van alle kleine stappen die ik tot dan toe had gezet met WWF voor de bescherming van de planeet.

Toekomst

Na 50 jaar is Christiane nog altijd even strijdlustig als toen ze begon. In ons vorige Living Planet Report gaven we aan dat we maar liefst 58 procent van onze populaties gewervelde dieren zijn kwijtgespeeld ten opzichte van 1970. En als we onze levensstijl niet aanpassen dreigt dat 66 procent te worden in 2020. Ook Christiane ziet dat er nog grote problemen zijn die dringend moeten worden aangepakt.

De biodiversiteit gaat er de laatste jaren enorm op achteruit, en die achteruitgang wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door menselijke activiteiten. Als ik vandaag zie hoeveel voedsel er wordt weggegooid, hoeveel bossen er sneuvelen voor de productie van palmolie, schandalig! Dat moeten we stoppen.

Daarom blijven we onze missie trouw om een wereld te creëren waarin mens en natuur in harmonie samenleven. We zijn trots dat na 50 jaar meer dan 100 000 mensen zich samen met ons inzetten voor de natuur. Enkel met hun steun kunnen we voldoende middelen verzamelen om onze missie in de praktijk om te zetten.

Het team van WWF wil Christiane graag van harte bedanken voor haar jarenlange inzet voor de natuur. Dankzij haar is WWF-België kunnen uitgroeien tot een van de belangrijkste natuurbehoudsorganisaties in ons land. Haar toewijding inspireert het hele team om zich elke dag ten volle in te zetten om onze missie te volbrengen.. Bedankt, Christiane!

 

50 JAAR WWF-BELGIË

Timeline NL